Welkom bij de derde les in de lessenserie
Provocatief Coachen! In deze lessen leert u te provoceren met warmte en humor.
Opdat de klant meer resultaat, zelfvertrouwen en plezier heeft. En u natuurlijk
ook. Ongetwijfeld heeft u de eerste les en tweede in praktijk gebracht en bent
u meer dan onfatsoenlijk geweest en hebt u met verve gewipwapt! (ter
herinnering lees nog even les 1 en les 2. Nog even de essentie van provocatief coachen:
Doel: zelfvertrouwen, durf, beweging.
Aanpak: ontregelen, verwarren, verrassen.
Gedrag: ontkennen, overdrijven, de spot drijven, advocaat van de duivel spelen, dramatiseren, absurde ideeën erin gooien, om maar eens wat te noemen.
Introductie
Coaches zijn dolgelukkig
als cliënten een serieus probleem inbrengen. En mochten cliënten eerst met een
‘oppervlakkig’ probleem komen dan is de coach er voor om het probleem achter
het probleem te achterhalen. Dus het ingebrachte probleem ‘mijn bureau is zo’n
troep’ wordt alras ‘Ik vind mezelf de moeite niet waard’. Ah, de coach wrijft
zich in de handen: een serieus probleem waar de coach de cliënt mee kan helpen!
Maar wil de cliënt wel geholpen worden? Staat de cliënt werkelijk voor het
probleem? Voelt de cliënt genoeg pijn en verlangen om echt onder ogen te zien
wat is en wat kan? Hoe vaak komen we er tijdens intensieve gesprekken niet
achter dat het probleem gewoon een ‘zeurprobleem’ is, of een aangepraat
probleem (mijn baas vindt dat ik assertiever moet zijn, en dat voel ik zelf ook
wel zo). Gevolg is dat er wel veel over het probleem gepraat wordt, maar dat
het niet opgelost wordt. Zonde van ieders energie.
Belangrijk dus om te testen of de cliënt echt een probleem heeft waar hij wat
aan wil doen.
Of niet. Dat is ook goed natuurlijk, alleen dan hoeven we het er niet meer over
te hebben. We testen het probleem door er provocatief aan te morrelen.
Instructie in het morrelen
1. Ontken het
probleem
Laten we wel zijn: er zijn meerdere manieren om naar een situatie te kijken. Ja, je kunt het als een probleem ervaren, maar is het niet even goed een zegen? Dit is een test om te kijken of de cliënt wel echt een probleem heeft als je de voordelen van de situatie, het gedrag benoemd hebt.
Een voorbeeld:
Een cliënt van mij heeft
problemen om in een teamvergadering haar mond open te doen. Ze vindt dat
vervelend wat ze voelt zich er voor spek en bonen bijzitten.
Ik ontken het probleem:
‘Nou, eerlijk gezegd lijkt
het me heerlijk om niks te hoeven zeggen in een vergadering. Het kan een heel
mooi meditatief moment zijn. Is ook efficiënt hoor, je kunt in die tijd
bedenken wat je gaat koken, wat de hoofdstukkenindeling wordt van je rapport
enzovoorts. Het grote voordeel is ook dat je niet gestoord wordt door
telefoontjes. Je bent immers in vergadering.’
‘Ja maar, ik wil wel eens
wat zeggen, maar ik ben altijd te laat.’
‘Zie je nou wel, je moet
het niet eens willen. Geniet van de rust, het is net zoiets als in je tent
liggen terwijl het regent. Je kunt niks, je hoeft niks en het is knus.’
Zinnen om je te helpen het
probleem te ontkennen zijn:
‘Maar dat lijkt me juist
heerlijk’
‘Nee, dat moet je niet op
willen lossen!’
2. Overdrijf het probleem
Kijk verschrikt, doe geschokt (och, wat verschrikkelijk!), vertel uitgebreid hoe groot het probleem wel niet is.
Terug naar het voorbeeld van de cliënt die problemen heeft haar mond open te doen in teamvergaderingen.
(Ik kijk haar lachend en met warmte aan)’ Och, wat naar, wat verschrikkelijk. Ik dacht al dat er iets ergs met je was! Ik kan me het helemaal voorstellen: al voordat je gaat slapen krijg je hartkloppingen van het idee dat je de volgende dag een teamvergadering hebt. En slapen kan je natuurlijk niet, steeds maar weer voel je hoe klein en onbeduidend je bent, hoor je de harde stemmen van de andere zogenaamde collega’s in je oren.’
‘Nou, zo erg is het ook weer niet, ik vind het gewoon vervelend,’
‘Gewoon, vervelend! Het is een regelrechte misdaad. Psychologische mishandeling. Zo kun je toch niet blijven werken, elke twee weken zo’n teamvergadering, waar jij als een zombie bijzit en de andere je volstrekt negeren.’
Cliënt, grinnikend: ‘Je overdrijft wel weer heel erg. Ik kan natuurlijk zelf ook wel wat vaker wat zeggen.’
Na twee, drie keer ontkennen door de cliënt wordt het tijd te vragen hoe het dan echt zit.
We testen zo de omvang van het probleem. Hoe groot, of hoe klein is het.
We testen ook of de cliënt echt het probleem aan wil pakken.
Bij het probleem overdrijven helpt het om je overdreven voor te stellen wat er allemaal met de cliënt gebeurt. (‘En dan kom je daar in de vergadering en dan voel je je al helemaal niks. Je hart klopt in je keel, je wilt zo snel mogelijk weer weg.’ Etc.)
Voorbeelddialoog `probleem ontkennen´
‘Het laatste jaar heb ik niet meer zo’n plezier in mijn werk, maar ik weet niet
wat ik anders moet. Ik heb wel het gevoel dat ik toe ben aan een volgende
stap.’
‘Wat heb je al gedaan?’ (Nog even congruent testen)
‘Tja, met mijn vriendin over gepraat en die zegt dan dat ik voor mezelf moet
beginnen, maar waarin dan?’
‘Mmmmm, hoe lang zit je in deze baan?’
‘Bijna 7 jaar’
(Enthousiast) ‘Ja, ik dacht het al! Ik heb maar 1 advies: Ga dwars door de
crisis heen, maar geef niet op. Blijf waar je bent.’
‘Hoe bedoel je?’
‘Kijk, net zoals in relaties, krijg je ook in je werk na zeven jaar een crisis.
Het makkelijkste wat je kan doen is weglopen, maar dan leer je niks. Zo’n onbehaaglijk,
ontevreden gevoel is juist fantastisch. Je voelt weer dat je mens bent. En
juist door er bij te blijven en niet weg te lopen word je rijker. Nee, gewoon
volhouden. Je zult zien over een jaar is het weer anders en dan ben je blij dat
je gewoon je salaris hebt en niet failliet bent gegaan met een of andere
jongensdroom.’
‘Ja, dat is ook wel zo. Maar goed ik heb toch echt het gevoel dat nog niet
alles uit me is gekomen.’
‘Ik zou daar maar blij mee zijn ook. Je bent nu 36 en zo hou je nog wat over voor
als je 50 bent. Stel je voor dat je nu al alles uit je zelf hebt gehaald. Wat
wil je dan de rest van je leven gaan doen?
‘Maar ik kan toch gaan onderzoeken wat ik leuk vind?’
‘Ja, onderzoeken kan altijd, zolang je er maar geen onomkeerbare beslissingen
in neemt.’
Het filmpje
Dwars tegen het ontkennen in: aanpakken dat probleem!
Twee filmpjes over het omgaan met problemen (= je voelt je beledigd door wat de
ander doet/zegt). We beginnen met het begin: de voetballer Zidane (in het wit)
lost zijn probleem op.filmpje Zidane Je kunt zeggen wat je wilt, maar hij gaat de
uitdaging niet uit de weg. Maar ja, hoe zit het met de warmte en humor? Wie
weet kan je dezelfde oplossing ook met meer humor en warmte doen? Een voorbeeld
met meer humor
Huiswerkopdracht
Pas het morrelen aan problemen (ontkennen en overdrijven) toe op
‘zeurproblemen’ van jezelf, vrienden, partner. Zeurproblemen zijn problemen die
al jaren meegaan (bv afvallen, troep opruimen, uitstellen, geen keuzes kunnen
maken) en waaraan niet veel gedaan wordt om het op te lossen.
Roep vol enthousiasme en betrokkenheid uit:’ Oh, wat heerlijk als je dat hebt!’
Verras jezelf met de argumenten die je tevoorschijn weet te toveren. En mocht
je verbaal nog niet zo snel zijn, dan kun je van tevoren vast nadenken over
mogelijke voordelen van het probleem.
Veel gestelde vragen
Maar de ander voelt zich dan toch niet serieus genomen?
Bedenk dat je ja zegt tegen de persoon en nee tegen het probleem. Niet dat de
cliënt dat onderscheid zelf maakt. Maar het betekent wel dat je zorgt dat je
warmte voelt voor de persoon. De praktijk leert dat mensen ook zelf aangeven
wanneer ze zich niet serieus genomen voelen. En dan kun je kiezen: congruent
verder of door met provocatief, of een combinatie (‘Ik neem jou heel serieus
maar echt dat probleem van je zie ik heel anders.’)
Hoe weet ik nou of de ander
echt achter z’n probleem gaat staan?
Dat weet je doordat de ander krachtig en congruent zegt: Ik wil het er WEL over
hebben, want ik vind het ECHT een probleem. En liefst twee keer.
Laatste reacties